Hof Amsterdam 29 april 2025, ECLI:NL:GHAMS:2025:1128
02-05-2025 | Categorie: Jurisprudentie
Uitleg legaat van banktegoeden in testament
Erflater is in 2019 overleden. Hij heeft in 2017 een testament gemaakt, waarin twee neven tot zijn erfgenamen zijn benoemd. Daarnaast heeft hij aan zijn broers en zussen een legaat toegekend van het saldo van zijn bankrekeningen en effectendepots onder vermelding van drie bankrekeningnummers. Na het opmaken van het testament is er een bankrekening omgezet naar een andere rekening. Na het overlijden is discussie ontstaan over de uitleg van het legaat dat erflater heeft gemaakt.
Bij uitleg van een uiterste wilsbeschikking dient te worden gelet op de verhoudingen die de uiterste wil kennelijk wenst te regelen, en op de omstandigheden waaronder de uiterste wil is gemaakt. Reeds hieruit volgt dat voor de vraag naar de bedoeling van erflater niet enkel de tekst van het testament doorslaggevend is. Daden of verklaringen van de erflater buiten de uiterste wil mogen slechts dan voor uitlegging van een beschikking worden gebruikt, indien deze zonder die daden of verklaringen geen duidelijke zin heeft. Daarmee is niet gezegd dat verklaringen van erflater die niet in de vereiste vorm zijn opgemaakt (ook) geen rol zouden mogen spelen bij de vaststelling van de bedoeling van wilsuitingen van erflater die in zijn testament zijn opgenomen. Dit geldt temeer wanneer het verklaringen betreft die erflater juist bij het doen opmaken van dat testament heeft geuit. Bij het vaststellen van de bedoelingen van erflater kan bovendien mede acht worden geslagen op verklaringen van getuigen omtrent hetgeen de erflater heeft beoogd. In dat kader kan dus ook acht worden geslagen op verklaringen van de notaris die het testament heeft opgesteld, en ten overstaan van wie dat testament is verleden.
Naar het oordeel van het hof volgt daaruit dat het de bedoeling van erflater is geweest om de saldi van al zijn bankrekeningen en aandelendepots/effectenrekeningen te legateren, en het legaat dus niet te beperken tot de drie in het testament met name genoemde bank- en effectenrekeningen. Bovendien verklaart de notaris dat de bedoeling van erflater voor hem duidelijk was, en dat het zonder enige twijfel de wens van erflater was dat al zijn beleggingen/banksaldi aan zijn broers en zussen zouden toekomen.
Meer informatie:
Naar jurisprudentie overzicht