Benoeming (waarnemend) bestuurder in geval van dementie (KWEP 2025/4)

22-04-2025 | Categorie: Literatuur

De Ondernemingskamer heeft eind 2023 geoordeeld dat middels een volmacht (levenstestament) de statutaire regeling omtrent ontstentenis en belet niet terzijde kan worden geschoven. In deze zaak had de (enig) bestuurder van een BV in 2017 een algemene (bestuurs)volmacht verstrekt aan zijn zoon en dochter en werd bij deze bestuurder in 2022 Alzheimer en vasculaire dementie gediagnosticeerd. In dit artikel bespreekt de auteur deze uitspraak en hoe middels een volmacht een (waarnemend) bestuurder kan worden benoemd.
Bij het benoemen van een (waarnemend) bestuurder staat de AVA te allen tijde aan het roer hoe hierbij de vennootschappelijke weg moet worden begaan. Dit kan middels het goedkeuren van een statutaire ontstentenis- en beletregeling, maar dit kan ook door het benoemen van een (waarnemend) bestuurder. Over de geldigheid van een bestuursvolmacht bestaat geen eenduidig beeld in de literatuur, anders dan over de stemvolmacht. Beide volmachten kunnen de statuten niet doorkruisen, wel aanvullen. Men dient er bedacht op te zijn dat de volmachtverlening mogelijk wordt uitgelegd als een ‘change of control’ en dit dientengevolge leidt tot een aanbiedingsplicht voor de aandeelhouder. Omdat duidelijk is dat de bestuurder in kwestie nimmer zijn bestuurstaken (opnieuw) zal kunnen uitoefenen, is een meer rigoureuze (statutaire) regeling ook denkbaar. Namelijk dat, zodra dementie wordt vastgesteld, de bestuurder in kwestie direct wordt ontslagen en direct een ander tot bestuurder wordt benoemd. Aan volmachtverlening wordt dan helemaal niet toegekomen.

Wanneer u een abonnement heeft op KWEP via Kluwer Inview, dan kunt u middels de link het complete artikel raadplegen: artikel KWEP 2025/4.