Estate Planning Expert
 

ACTUEEL
04-07-2025 - Besluit van 26 juni 2025, nr. 2025-14204
25-06-2025 - Hof Arnhem-Leeuwarden 10 juni 2025, ECLI:NL:GHARL:2025:3533

Handleiding EPX-Cockpit > Testamentvergelijking


Laatst gewijzigd: 30-01-2025

Inhoudsopgave

1. Algemeen
2. Buttons bovenbalk
   2.1. Opslaan
   2.2. Kladblok
   2.3. Handleiding
   2.4. Printen
   2.5. Instellingen
   2.6. Overzichten
3. Instellingen middenkolom
   3.1. Vermogensregime
   3.2. Tarieven
   3.3. Indexatie
   3.4. Vermogensgroei
4. Instellingen linker- en rechterkolom
   4.1. Periode vóór 1ste overlijden
   4.2. Schenkingsplan
   4.3. Erfdelen bij 1ste overlijden
   4.4. Legaat partner (fiscale optimalisatie)
   4.5. Overige legaten
   4.6. Bedrijfsopvolgingsregeling
   4.7. Turboverdeling
   4.8. Periode tussen 1ste en 2de overlijden
   4.9. Schenkingsplan
   4.10. Besparingen / onttrekkingen (-)
   4.11. Erfdelen bij 2de overlijden
   4.12. Legaten
   4.13. (Overige) schulden van nalatenschap
   4.14. Bedrijfsopvolgingsregeling
5. Testamentvarianten
   5.1. Wettelijke verdeling
   5.2. Ongedaanmaking
   5.3. (Partiële) OBV
   5.4. Vruchtgebruik
   5.5. Ik-vader/moeder
   5.6. Combinatie legaten
   5.7. Tweetrap
6. Output
7. Helpdesk
 

1. Algemeen

Door in de EPX-Manager op de button Testamentvergelijking te klikken, of door het inladen van een reeds eerder opgeslagen EPX-bestand via de app EPX-Cockpit in de EPX-Portal, bent u terechtgekomen in de EPX-Cockpit: een op het Internet draaiende rekenengine van formaat. Doordat al het rekenwerk plaatsvindt op het Internet, kan te allen tijde gerekend worden op basis van de meest actuele wetgeving en rechtspraak. Nieuwe functionaliteiten zijn bovendien altijd onmiddellijk beschikbaar, zonder dat u eerst een download hoeft uit te voeren. Het zelf periodiek updaten van de software behoort daarmee tot het verleden.

De volledige EPX-Cockpit ziet er als volgt uit:


 

2. Buttons bovenbalk

2.1. Opslaan
De instellingen van de EPX-Cockpit kunt u eenvoudig bewaren door op de button Opslaan te klikken. In een door u geselecteerde map op uw lokale computer of server slaat u dan een internetbestand op met de extensie '.epx'. Op een later tijdstip kunt u dit opgeslagen bestand eenvoudig openen via de app EPX-Cockpit in de EPX-Portal. U komt dan direct, dus zonder tussenkomst van de EPX-Manager, in de EPX-Cockpit terecht en kunt uw eerdere werkzaamheden voortzetten.

2.2. Kladblok
In de popup Kladblok kunt u aantekeningen maken die in de EPX-Cockpit worden bewaard. Uiteraard kunnen deze aantekeningen ook worden geprint.

2.3. Handleiding
Via de button Handleiding bent u terechtgekomen op deze pagina met uitleg over EPX-Cockpit.

2.4. Printen
Als u op de button Printen klikt, kunt u uitsluitend een afdruk maken van (de instellingen van) EPX-Cockpit en de verschuldigde bedragen aan schenk- en erfbelasting. Wilt u weten hoe de in de EPX-Cockpit getoonde bedragen tot stand zijn gekomen en de berekeningen bij de diverse testamentvarianten printen, zie dan onderdeel 6.

2.5. Instellingen
Het is in de toepassing Testamentvergelijking mogelijk verschillende instellingen van EPX-Cockpit te bewaren. De opgeslagen instellingen kunnen vervolgens worden gebruikt om staafdiagrammen en grafieken te genereren. Zie onderdeel 2.6. Uiteraard kunnen de opgeslagen instellingen altijd weer eenvoudig worden opgeroepen via de button Openen. Let op: om met de opgeslagen instellingen op een later moment te kunnen rekenen dient u (voordat u afsluit) het EPX-Cockpitbestand op uw computer of server te bewaren via de button Opslaan.

Om verschillende instellingen van EPX-Cockpit te kunnen bewaren, dient u op de button Instellingen te klikken. De volgende popup verschijnt dan:

Onder 1 worden automatisch de standaard instellingen van EPX-Cockpit opgeslagen. Deze instellingen kunt u niet overschrijven. Onder 2 t/m 10 kunt u wel afwijkende instellingen van EPX-Cockpit opslaan. Stel nu dat u voor beide cliënten de instellingen bij het tweetrapstestament wenst op te slaan onder nummer 2. U dient dan eerst in de EPX-Cockpit beide radiobuttons naast Tweetrap te selecteren. Vervolgens selecteert u in de popup Instellingen de radiobutton achter 2 en voert u in de naastgelegen velden (links en rechts) de omschrijving in waaronder instelling 2 moet worden bewaard. Tot slot klikt u op de button Opslaan. Indien u op een bepaalde regel (bijvoorbeeld onder nummer 3) slechts aan één zijde (links of rechts) een omschrijving invoert voordat u op de button Opslaan klikt, dan kunt u daarna aan de andere zijde geen instelling meer bewaren onder nummer 3. Het lege invoerveld wordt dan geblokkeerd om te voorkomen dat u op een later moment de eerder onder nummer 3 opgeslagen instelling onbedoeld overschrijft.

2.6. Overzichten
In onderdeel 6 wordt uitgelegd hoe de in de EPX-Cockpit getoonde bedragen tot stand zijn gekomen. De berekeningen bij de diverse testamentvarianten zijn voor u als estate planner goed te begrijpen. Door het ontbreken van specifieke kennis op dit terrein geldt dat vermoedelijk echter niet voor de meeste van uw cliënten. In de EPX-Cockpit wordt daarom de mogelijkheid geboden om staafdiagrammen en grafieken te genereren. Met deze overzichten wordt de materie hopelijk wél enigszins begrijpelijk voor uw cliënten en een indicatie te geven van de in de toekomst verschuldigde erfbelasting.

Om staafdiagrammen en grafieken te kunnen genereren, dient u op de button Overzichten te klikken. De volgende popup verschijnt dan:

In de popup Overzichten treft u de instellingen aan, zoals die in de popup Instellingen zijn opgeslagen onder de nummers 2 t/m 10. Stel dat onder nummer 2 voor cliënten A en B de instellingen bij het tweetrapstestament zijn bewaard (zie onderdeel 2.5), onder nummer 3 de voor cliënt A opgeslagen instelling bij de wettelijke verdeling (renteloos) en onder nummer 4 de voor cliënten A en B opgeslagen instellingen bij de wettelijke verdeling (6% samengestelde rente). Om een staafdiagram te kunnen genereren, dient u een vinkje te plaatsen bij de opgeslagen instellingen ten aanzien van cliënt A of cliënt B. Vervolgens klikt u op de button Genereer staafdiagram en wordt er een staafdiagram gemaakt, dat u eenvoudig kunt afdrukken of opslaan als PDF. De blauwe staaf geeft de verschuldigde belasting na het eerste overlijden weer, de rode staaf de totaal verschuldigde belasting na twee overlijdens.

Wilt u geen staafdiagram maar een grafiek genereren, dan dient u ook een vinkje te plaatsen bij de voor cliënt A of cliënt B opgeslagen instellingen. Vervolgens klikt u op de button Genereer grafiek en wordt er een grafiek gemaakt, die u eenvoudig kunt afdrukken of opslaan als PDF. De gekleurde lijnen geven de totaal verschuldigde belasting na twee overlijdens weer.

Door meerdere instellingen met elkaar te vergelijken kan aan uw cliënten inzichtelijk worden gemaakt waarom, gelet op hun specifieke situatie die u in de berekeningen heeft meegenomen, de ene testamentvariant is aan te bevelen boven de andere. U bepaalt zelf hoeveel instellingen u met elkaar wilt vergelijken. Ook kunt u, bij eenzelfde testamentvariant, grafisch weergeven wat de verschillen zijn bij wijziging van het huwelijksgoederenregime en/of het uitvoeren van een schenkingsplan.

Het is niet mogelijk om gelijktijdig aan beide zijden vinkjes te plaatsen. Zo kunt u, om verwarring over de interpretatie van de grafische weergaven bij uw cliënten te voorkomen, de instellingen die u bij Instellingen aan de linkerzijde voor cliënt A hebt opgeslagen niet in dezelfde staafdiagram of grafiek vergelijken met de instellingen die aan de rechterzijde voor cliënt B zijn bewaard.

3. Instellingen middenkolom

3.1. Vermogensregime
De gegevens in de EPX-Cockpit zijn standaard ingesteld op hetgeen in de EPX-Manager is ingevuld. In het kader van besparing van erfbelasting kan het wellicht interessant zijn bestaande huwelijkse voorwaarden te wijzigen door een finaal verrekenbeding op te nemen, of op te heffen zodat een gemeenschap van goederen ontstaat. De fiscale gevolgen van deze aanpassingen kunt u met één druk op de knop doorrekenen in alle testamentvarianten.
Hoe u in de EPX-Manager een vermogensbestanddeel kunt invoeren, zodat bij het wijzigen van het vermogensregime naar AGVG of FVB met de waarde hiervan wel of juist niet wordt gerekend, verwijzen wij u naar paragraaf 5.1 van de Handleiding van de EPX-Manager.

3.2. Tarieven
Standaard wordt gerekend met de tarieven en vrijstellingen, zoals die in 2025 voor de schenk- en erfbelasting gelden. Het is in de toepassing Testamentvergelijking ook mogelijk te rekenen met de cijfers van de jaren ervoor. Daarvoor kiest u in de dropdown voor 2024, 2023, 2022 of 2021.

3.3. Indexatie
Het ingevulde indexatiepercentage wordt toegepast op de jaarlijkse tarieven en vrijstellingen voor de schenk- en erfbelasting.

3.4. Vermogensgroei
Aan de hand van de in de EPX-Manager ingevoerde percentages wordt in de EPX-Cockpit automatisch de gemiddelde vermogensgroei over het totale vermogen berekend. Indien gewenst kunt u dit berekende percentage uit de EPX-Manager overrulen. Hiervoor dient u het vinkje achter de vraag weg te halen. Er wordt dan in eerste instantie gerekend met een gemiddelde vermogensgroei van 0,00%. Vervolgens kunt u ieder ander gewenst percentage invoeren.

4. Instellingen linker- en rechterkolom

4.1. Periode vóór 1ste overlijden
In de EPX-Cockpit wordt er standaard van uitgegaan dat de eerststervende partner vandaag of morgen overlijdt. Vandaar dat in het witte invoerveld standaard een 0 wordt weergegeven. Als u een vinkje plaatst achter de vraag Periode tussen 1ste en 2de overlijden, wordt het invoerveld grijs en worden in de EPX-Cockpit automatisch de meest recente sterftetafels van het Actuarieel Genootschap, de Nederlandse beroepsvereniging van actuarissen en actuarieel analisten, toegepast. Het weergegeven getal betreft het aantal jaren dat de eerststervende statistisch gezien nog te leven heeft. Als u het vinkje weghaalt wordt het invoerveld weer wit en kunt u handmatig een ander getal invullen, bijvoorbeeld 5. In de EPX-Cockpit wordt er dan van uitgegaan dat de eerststervende exact over vijf jaar overlijdt.

De periode vóór het eerste overlijden is met name van belang voor de berekening van de omvang van de nalatenschap van de eerststervende partner, alsmede voor de toepassing van het schenkingsplan (vóór het eerste overlijden).

4.2. Schenkingsplan
Als in het invoerveld achter de vraag Periode vóór 1ste overlijden een getal staat dat groter is dan 0, kan in de EPX-Cockpit een schenkingsplan door de eerststervende partner aan de kinderen worden doorgerekend. Onder kinderen worden ook stiefkinderen begrepen. De periode van schenken is gelijk aan de periode vóór het overlijden van de eerststervende, tenzij in de popup Schenkingsplan een kortere periode wordt ingevoerd.

In beginsel wordt er in de EPX-Cockpit van uitgegaan dat de eerststervende partner een jaarlijkse schenking op papier doet aan de kinderen (schuldigerkenning uit vrijgevigheid). Om te voorkomen dat bij het overlijden van de eerststervende art. 10 SW van toepassing is, wordt er bovendien van uitgegaan dat de eerststervende over het schuldig gebleven bedrag jaarlijks 6% rente betaalt. Als de eerststervende niet op papier wenst te schenken, kan in de popup Schenkingsplan ook worden gekozen voor een schenking in contanten.

U kunt per kind een jaarlijks schenkingsbedrag invoeren. In de EPX-Cockpit wordt vervolgens berekend hoeveel schenkbelasting er ter zake van de schenkingen door de kinderen verschuldigd zal zijn. Tevens wordt doorgerekend welke invloed de schenkingen (en de betaalde rente) hebben op omvang van de toekomstige nalatenschap van de eerststervende partner.

Als de eerststervende en langstlevende partner in algehele gemeenschap van goederen zijn gehuwd, worden de jaarlijkse schenkingen (en rentebetalingen) ten laste gebracht van het gemeenschappelijke vermogen. Als in de EPX-Cockpit wordt uitgegaan van één van de andere vermogensregimes (beperkte gemeenschap van goederen, koude uitsluiting zonder finaal verrekenbeding of koude uitsluiting met finaal verrekenbeding) worden de jaarlijkse schenkingen (en rentebetalingen) altijd ten laste gebracht van het privévermogen van de eerststervende.

De correctie van het nalatenschap van de eerststervende partner door een schenking van de eenmalig verhoogde vrijstelling voert u in als Legaat aan derden in de pop-up Overige legaten.

4.3. Erfdelen bij 1ste overlijden
Bij het overlijden van de eerststervende partner wordt er in de EPX-Cockpit in beginsel van uitgegaan dat zijn echtgenoot (of geregistreerd partner) en kinderen voor gelijke delen erven. Onder kinderen worden ook stiefkinderen begrepen, mits in de popup Erfdelen bij 1ste overlijden een vinkje is geplaatst bij de vraag Stiefkinderen erfgenaam. Plaatsvervulling kan tot gevolg hebben dat ook afstammelingen van kinderen en stiefkinderen erven.

Indien gewenst kunnen de erfdelen per verkrijger worden aangepast. In de popup Erfdelen bij 1ste overlijden voert u dan de eerste keer bij ‘afwijkend erfdeel’ het gewenste erfdeel van de langstlevende in en u klikt met uw muis buiten het veld of toetst een 'tab'; de erfdelen voor de kinderen worden die eerste keer dan automatisch berekend. Als het de bedoeling is dat ook de erfdelen van de kinderen onderling verschillen, kunt u dit eveneens invoeren bij ‘afwijkend erfdeel’. Ook latere aanpassingen van het erfdeel dient u bij alle erfgenamen handmatig te verwerken. Let u er wel op dat het totaal van de ingevoerde erfdelen altijd 1/1 bedraagt.

In de onderstaande popup is het erfdeel van de langstlevende partner bijvoorbeeld gewijzigd in 1/100; voor de beide kinderen resteert een erfdeel van 99/200.

Als stiefkinderen tot erfgenamen worden benoemd, kan dit tot gevolg hebben dat de legitieme portie van de eigen kinderen wordt geschonden. Indien dit zo is, moeten de eigen kinderen deze schending accepteren (en dus met een kleinere legitieme portie genoegen nemen), maar niet tot minder dan de waarde die het erfdeel bij versterf van dat eigen kind zou hebben bedragen als het stiefkind een eigen kind van de eerststervende partner was geweest. In de EPX-Cockpit wordt met (de berekening van) de legitieme portie geen rekening gehouden.

4.4. Legaat partner (fiscale optimalisatie)
In de EPX-Cockpit kan zowel met het opvullegaat worden gerekend als met het zogenoemde afvullegaat. Oftewel: de verkrijging van de langstlevende partner kan door middel van een legaat in contanten naar keuze worden verhoogd tot het bedrag van de vrijstelling (opvullegaat) dan wel het bedrag van de vrijstelling plus het bedrag van de top van de tariefschijf (afvullegaat). Onder vrijstelling wordt in dit verband verstaan de vrijstelling van art. 32 lid 1 sub 4° onder a SW (in 2025: € 804.698), alsmede de vrijstelling ingevolge de bedrijfsopvolgingsregeling zoals geregeld in hoofdstuk IIIA SW. Bij de berekening van de vrijstelling voor de langstlevende moet uiteraard rekening worden gehouden met de pensioenimputatieregeling van art. 32 lid 2 SW. Ook wordt rekening gehouden met fictieve verkrijgingen door de langstlevende.
Het op- of afvullegaat komt naar evenredigheid van ieders erfdeel ten laste van de overige erfgenamen. Er wordt voor de berekening van de optimale waarde van het op- of afvullegaat geen rekening gehouden met fictieve verkrijgingen van, legaten ten laste van of verplichtingen tot inbreng van de overige erfgenamen. M.a.w. het op- of afvullegaat wordt berekend vanuit de positie van de langstlevende ten opzichte van het erfdeel van het kind.

Bij het opvullegaat wordt de verkrijging van de langstlevende aangevuld tot diens vrijstelling, waarbij ten aanzien van de overige erfgenamen minstens de vrijstelling voor de erfbelasting (in 2025: € 25.490) resteert. Hierbij wordt automatisch rekening gehouden met eventuele wijzigingen in het fictieve vruchtgebruik van de langstlevende door aanpassing van het rentepercentage. Bij het afvullegaat wordt de verkrijging van de langstlevende aangevuld tot minimaal het bedrag van de vrijstelling en daar bovenop maximaal het bedrag van de top van de eerste tariefschijf, met dien verstande dat ten aanzien van de overige erfgenamen minstens de vrijstelling plus een zo groot mogelijk bedrag resteert dat wordt belast tegen de eerste tariefschijf. Ook hier wordt automatisch rekening gehouden met eventuele wijzigingen in het fictieve vruchtgebruik van de langstlevende door aanpassing van het rentepercentage.

Omdat het in de praktijk niet in alle gevallen gewenst is dat dit legaat in contanten ten aanzien van de langstlevende fiscaal geoptimaliseerd wordt, kan in de EPX-Cockpit ook worden uitgegaan van een andere waarde (gedeeltelijk aanvaard afvullegaat).  Wanneer de belaste verkrijging van (één van) de kinderen wordt verlaagd door bijvoorbeeld kleinkindlegaten, kan in de EPX-Cockpit een lagere waarde van het afvullegaat worden ingevuld. Wanneer de belaste verkrijging van (één van) de kinderen wordt verhoogd door bijvoorbeeld legaten of fictieve verkrijgingen, kan in de EPX-Cockpit een hogere waarde van het afvullegaat worden ingevuld. De waarde van het gedeeltelijk aanvaarde afvullegaat dient handmatig te worden ingevoerd en wordt in de diverse berekeningen te allen tijde gevolgd (ongeacht eventuele wijzigingen in het fictieve vruchtgebruik van de langstlevende door aanpassing van de rente). Slechts indien de ingevoerde waarde van het gedeeltelijk aanvaarde afvullegaat hoger is dan de fiscale waarde van de nalatenschap minus het erfdeel van de langstlevende zelf, wordt uitgegaan van deze laatste (lagere) waarde. De langstlevende kan immers slechts afvullen tot het (laagste) erfdeel van (één van) de kinderen nihil bedraagt.

De aanvaarding van een opvullegaat of afvullegaat – geheel dan wel gedeeltelijk – leidt tot besparing van erfbelasting bij het overlijden van de eerststervende partner. Omdat het legaat de (toekomstige) nalatenschap van de langstlevende partner vergroot, leidt dit er veelal toe dat bij het tweede overlijden meer erfbelasting is verschuldigd. Om dit fiscale nadeel tegen te kunnen gaan, is in de EPX-Cockpit de mogelijk opgenomen om op het opvullegaat of afvullegaat een tweetrap te zetten. In dat geval komt de waarde van het legaat dat door de langstlevende in de eerste trap wordt verkregen, bij diens overlijden geheel toe aan de legatarissen in de tweede trap: de overige erfgenamen van de eerststervende partner. Hierbij wordt geen rekening gehouden met de hoogte van de eerdere verkrijgingen van die overige erfgenamen.
Volgens het arrest van de Hoge Raad 12 april 2013 vloeit uit de systematiek van de Successiewet voort dat bij een tweetrapsmaking voor de erfbelasting sprake van één verkrijging uit één nalatenschap. De Hoge Raad heeft bepaald dat de verschuldigde erfbelasting over de latere nadere verkrijging naar evenredigheid moet worden berekend. Zie voor meer informatie W. Burgerhart, ‘Fideï-commissaire tweetrappers: Naar een verdere optimalisering van verkrijgingen uit en over de hand!’, EstateTip Review 2013/24 en F.A.M. Schoenmaker, ‘Een gat in de erfbelasting door makingen op te splitsen door middel van een opschortende voorwaarde of een wilsrecht?’,  FBN 2014/18.

4.5. Overige legaten
In de EPX-Cockpit bestaat de mogelijkheid de erfgenamen een legaat (niet vrij van recht) toe te kennen. De waarde van een ingevoerd legaat komt eerst in mindering op het saldo van de nalatenschap van de eerststervende partner en wordt vervolgens bij de betreffende erfgenaam/legataris opgeteld bij diens overige verkrijgingen.

Het is ook mogelijk rekening te houden met een legaat aan de kleinkinderen van het voor hen voor de erfbelasting vrijgestelde bedrag. De waarde van het legaat (in 2025: € 25.490) wordt in de EPX-Cockpit in beginsel ten laste gebracht van de nalatenschap van de eerststervende partner. Om de totale waarde van dergelijke legaten te kunnen berekenen, hoeft u alleen aan te geven hoeveel kleinkinderen de eerststervende partner heeft. In de EPX-Cockpit kan ook worden gerekend met legaten die ten laste komen van de betreffende ouder van het kleinkind (dus ten laste van het kind van de eerststervende). Als dat gewenst is, dient u per kind aan te geven hoeveel kinderen hij heeft.

Tot slot kunt u in de popup Overige legaten een totaalbedrag aan legaten (niet vrij van recht) aan derden invoeren. De waarde van het ingevoerde bedrag komt dan in mindering op het saldo van de nalatenschap van de eerststervende partner. Over deze legaten wordt geen verschuldigde erfbelasting berekend. Deze legaten kunnen immers aan ieder testament worden toegevoegd en beïnvloeden daarmee niet de keuze voor (de afwikkeling van) het soort testament van de eerststervende partner en/of het testament van de langstlevende.

4.6. Bedrijfsopvolgingsregeling
In deze popup kunt u bij het overlijden van de eerststervende partner per IB-onderneming of AB-pakket aangeven wie de beoogde bedrijfsopvolger is. Zijn er meerdere bedrijfsopvolgers? Geen probleem, per opvolger kan worden aangegeven in welke mate hij of zij gerechtigd is tot het ondernemingsvermogen. Het hiervoor vermelde geldt eveneens voor een aan de eigen BV ter beschikking gesteld pand. Indien in de popup een bedrijfsopvolger is geselecteerd, kan bovendien worden aangegeven of het ondernemingsvermogen krachtens legaat wordt verkregen en, zo ja, of daar een tegenprestatie tegenover staat.

Het is belangrijk dat u zich realiseert dat EPX-Cockpit precies doet wat u als gebruiker invoert. Dus als u aangeeft dat de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) van toepassing is, berekent EPX-Cockpit de vrijstelling, ongeacht of dit krachtens de voorwaarden van de Successiewet mogelijk is. Als u bijvoorbeeld aanvinkt dat een kind opvolger is volgens het testament zonder dat sprake is van een aan dat kind toekomend legaat van het ondernemingsvermogen, zal de vrijstelling bij dat kind in aanmerking worden genomen bij elke testamentvariant. Bij de ongedaanmaking van de wettelijke verdeling zal het dan goed gaan, maar bij de wettelijke verdeling zelf niet, omdat het ondernemingsvermogen in dat laatste geval niet door het kind wordt verkregen. U dient zich derhalve per testamentvariant steeds af te vragen of de in de popup ingevoerde situatie correct is.

Voorbeeld
De heer Test bezit alle aandelen in X BV. X BV drijft een onderneming met een waarde going concern van € 2.000.000. De heer Test stelt een pand ter beschikking aan de BV met een waarde van € 600.000. Het pand wordt volledig door de BV gebruikt in het kader van haar onderneming. De heer Test overlijdt in 2025 en zijn erfgenamen Kind Test 1 en Kind Test 2 verkrijgen beiden 50% van de aandelen. Het pand is aan Kind Test 1 gelegateerd. De verkrijging van Kind Test 1 bevat dus € 1.600.000 aan ondernemingsvermogen en de verkrijging van Kind Test 2 € 1.000.000 aan ondernemingsvermogen. In de popup Bedrijfsopvolgingsregeling voert u dit als volgt in:

De vrijstelling van € 1.500.000 wordt in de EPX-Cockpit over Kind Test 1 en Kind Test 2 verdeeld naar evenredigheid van hun deel in de verkrijging van de totale waarde van de onderneming van de erflater. De vrijstelling van Kind Test 1 bedraagt dan € 1.600.000 / € 2.600.000 * € 1.500.000 = € 923.077, plus 75% van € 676.923 = € 507.693. Totaal bedraagt de voorwaardelijke vrijstelling voor Kind Test 1 € 1.430.770. De vrijstelling van Kind Test 2 bedraagt € 1.000.000 / € 2.600.000 * € 1.500.000 = € 576.924, vermeerderd met 75% van € 423.076 = € 317.307, samen € 894.231. Ondanks dat Kind Test 2 geen aandeel in het pand verkrijgt, moet bij de bepaling van de omvang van de verkrijging waarvoor de 100% vrijstelling geldt, wel rekening worden gehouden met het ter beschikking gestelde pand.

U hoeft bij Gerechtigdheid geen breukdeel in te voeren als de vererving (en de verkrijging) van het ondernemingsvermogen geheel conform het desbetreffende testament verloopt. Als bijvoorbeeld bij een vruchtgebruiktestament mevrouw Test-Voorbeeld het recht van vruchtgebruik van het AB-pakket verkrijgt en Kind Test 1 en Kind Test 2 de blote eigendom (en mevrouw Test-Voorbeeld bovendien het ter beschikking gestelde pand in volle eigendom gelegateerd krijgt), vult u de popup als volgt in:

4.7. Turboverdeling
Als de eerststervende en langstlevende partner in gemeenschap van goederen waren gehuwd en de langstlevende krachtens testament van één of meer goederen het vruchtgebruik heeft verkregen, kan in de EPX-Cockpit de turboverdeling worden toegepast. Bij een turboverdeling worden de goederen waarvan de langstlevende het vruchtgebruik heeft verkregen toegedeeld aan de nalatenschap van de eerststervende en krijgt de langstlevende een vordering op de nalatenschap ter grootte van de helft van de waarde van de betreffende goederen. Voor de heffing van erfbelasting bij het eerste overlijden heeft de turboverdeling geen gevolgen, bij het tweede overlijden echter wel. De waardeaangroei van de blote eigendom tot volle eigendom blijft in deze situatie namelijk buiten de heffing van erfbelasting.

De turboverdeling kan in de EPX-Cockpit ook worden toegepast als tot de gemeenschap van goederen ondernemingsvermogen behoort waarop de bedrijfsopvolgingsregeling van toepassing is en (één van) de kinderen het ondernemingsvermogen gelegateerd krijgt. Zie onderdeel 4.6.

De turbovordering die de langstlevende partner door toepassing van de turboverdeling op de nalatenschap van de eerststervende partner heeft verkregen, is terug te vinden in de opstelling van het vermogen van de langstlevende na het overlijden van de eerststervende.

4.8. Periode tussen het eerste en tweede overlijden
Als er een vinkje is geplaatst achter de vraag Periode tussen 1ste en 2de overlijden, is het invoerveld grijs en worden in de EPX-Cockpit automatisch de meest recente sterftetafels van het Actuarieel Genootschap, de Nederlandse beroepsvereniging van actuarissen en actuarieel analisten, toegepast. Het weergegeven getal betreft het aantal jaren dat de langstlevende partner statistisch gezien de eerststervende partner overleeft. Als u het vinkje weghaalt wordt het invoerveld wit en kunt u handmatig een ander getal invullen, bijvoorbeeld 10. In de EPX-Cockpit wordt er dan van uitgegaan dat de langstlevende exact tien jaar na de eerststervende overlijdt.

De periode tussen het eerste en tweede overlijden is met name van belang voor de berekening van de omvang van de nalatenschap van de langstlevende partner, alsmede voor de toepassing van het schenkingsplan (tussen het eerste en twee overlijden).

4.9. Schenkingsplan tussen eerste en tweede overlijden
Als in het invoerveld achter de vraag Periode tussen 1ste en 2de overlijden een getal staat dat groter is dan 0, kan in de EPX-Cockpit een schenkingsplan door de langstlevende partner aan de kinderen worden doorgerekend. Onder kinderen worden ook stiefkinderen begrepen. De periode van schenken is gelijk aan de periode tussen het overlijden van de eerststervende en het overlijden van de langstlevende, tenzij in de popup Schenkingsplan een kortere periode wordt ingevoerd.

In beginsel wordt er in de EPX-Cockpit van uitgegaan dat de langstlevende partner een jaarlijkse schenking op papier doet aan de kinderen (schuldigerkenning uit vrijgevigheid). Om te voorkomen dat bij het overlijden van de langstlevende art. 10 SW van toepassing is, wordt er bovendien van uitgegaan dat de langstlevende over het schuldig gebleven bedrag jaarlijks 6% rente betaalt. Als de langstlevende niet op papier wenst te schenken, kan in de popup Schenkingsplan ook worden gekozen voor een schenking in contanten.

U kunt per kind een jaarlijks schenkingsbedrag invoeren. In de EPX-Cockpit wordt vervolgens berekend hoeveel schenkbelasting er ter zake van de schenkingen door de kinderen verschuldigd zal zijn. Tevens wordt doorgerekend welke invloed de schenkingen (en de betaalde rente) hebben op omvang van de toekomstige nalatenschap van de langstlevende partner.

De correctie van het vermogen van de langstlevende partner door een schenking van de eenmalig verhoogde vrijstelling voert u in bij Overige schulden van de nalatenschap. Betreft deze schenking een schenking op papier, dan kunt u het bedrag van de jaarlijks verschuldigde en betaalde rente invullen bij Besparingen / onttrekkingen (-) tussen het eerste en tweede overlijden.

4.10. Besparingen / onttrekkingen (-) tussen het eerste en tweede overlijden
In de EPX-Cockpit kunt u in het witte veld achter de vraag Besparingen / onttrekkingen (-) een bedrag invoeren dat de langstlevende partner jaarlijks overhoudt van het netto inkomen (besparing), dan wel jaarlijks tekort komt (onttrekking). Als er sprake is van een jaarlijkse onttrekking dient u vóór het ingevoerde bedrag een minteken (-) te plaatsen. Met het ingevulde bedrag wordt het vermogen van de langstlevende per jaar gecorrigeerd.

4.11. Erfdelen bij het tweede overlijden
Bij het overlijden van de langstlevende partner wordt er in de EPX-Cockpit in beginsel van uitgegaan dat zijn kinderen voor gelijke delen erven. Onder kinderen worden ook stiefkinderen begrepen, mits in de popup Erfdelen bij 2de overlijden een vinkje is geplaatst bij de vraag Stiefkinderen erfgenaam. Plaatsvervulling kan tot gevolg hebben dat ook afstammelingen van kinderen en stiefkinderen erven.

Indien gewenst kunnen de erfdelen per verkrijger worden aangepast. In de popup Erfdelen bij 2de overlijden voert u dan bij ‘afwijkend erfdeel’ de gewenste erfdelen van de kinderen in. Let u er op dat het totaal van de ingevoerde erfdelen altijd 1/1 bedraagt.

Als stiefkinderen tot erfgenamen worden benoemd, kan dit tot gevolg hebben dat de legitieme portie van de eigen kinderen wordt geschonden. Indien dit zo is, moeten de eigen kinderen deze schending accepteren (en dus met een kleinere legitieme portie genoegen nemen), maar niet tot minder dan de waarde die het erfdeel bij versterf van dat eigen kind zou hebben bedragen als het stiefkind een eigen kind van de langstlevende partner was geweest. In de EPX-Cockpit wordt met (de berekening van) de legitieme portie geen rekening gehouden.

4.12. Legaten bij het tweede overlijden
In de EPX-Cockpit bestaat de mogelijkheid de erfgenamen een legaat (niet vrij van recht) toe te kennen. De waarde van een ingevoerd legaat komt eerst in mindering op het saldo van de nalatenschap van de langstlevende partner en wordt vervolgens bij de betreffende erfgenaam/legataris opgeteld bij diens overige verkrijgingen.

Het is ook mogelijk rekening te houden met een legaat aan de kleinkinderen van het voor hen voor de erfbelasting vrijgestelde bedrag. De waarde van het legaat (in 2025: € 25.490) wordt in de EPX-Cockpit in beginsel ten laste gebracht van de nalatenschap van de langstlevende partner. Om de totale waarde van dergelijke legaten te kunnen berekenen, hoeft u alleen aan te geven hoeveel kleinkinderen de langstlevende partner heeft. In de EPX-Cockpit kan ook worden gerekend met legaten die ten laste komen van de betreffende ouder van het kleinkind (dus ten laste van het kind van de langstlevende). Als dat gewenst is, dient u per kind aan te geven hoeveel kinderen hij heeft.

Tot slot kunt u in de popup Legaten een totaalbedrag aan legaten (niet vrij van recht) aan derden invoeren. De waarde van het ingevoerde bedrag komt dan in mindering op het saldo van de nalatenschap van de langstlevende partner. Over deze legaten wordt geen verschuldigde erfbelasting berekend. Deze legaten kunnen immers aan ieder testament van de langstlevende partner worden toegevoegd en beïnvloeden daarmee niet de keuze voor een bepaalde afwikkeling van het testament van de eerststervende partner en/of de invulling van het testament van de langstlevende.

4.13. (Overige) schulden van nalatenschap bij het tweede overlijden
In het veld achter de vraag (Overige) schulden van nalatenschap kan de waarde van de (overige) schulden in de nalatenschap van de langstlevende partner worden ingevoerd. Op deze manier kunt u de waarde van de nalatenschap van de langstlevende nog nauwkeuriger berekenen – en zodoende ook de op dat moment verschuldigde erfbelasting.

EPX-Cockpit houdt alleen bij de eerste nalatenschap rekening met fiscale correcties, zoals latente of materieel verschuldigde inkomstenbelasting en een hogere of lagere WOZ-waarde van een woning, en met fictieve erfrechtelijke verkrijgingen. Bij het vermogen van de langstlevende en de tweede nalatenschap wordt derhalve gerekend met de civielrechtelijke waarde van woningen, overbedelingsschulden (na aftrek van de door de langstlevende voorgeschoten erfbelasting ten aanzien van die overbedelingsschulden) e.d. en wordt geen rekening gehouden met latente of materieel verschuldigde inkomstenbelasting. Wanneer ook bij het tweede overlijden rekening gehouden dient te worden met fiscale correcties of fictieve verkrijgingen, dan kan de nalatenschap van de langstlevende handmatig worden verlaagd door in het veld (Overige) schulden van nalatenschap het verschil tussen de civiele en fiscale nalatenschap in te vullen, bijvoorbeeld 150000. De nalatenschap van de langstlevende wordt alsdan met € 150.000 verlaagd. Het veld kan ook worden gebruikt om de nalatenschap van de langstlevende partner handmatig te verhogen door een minteken te gebruiken.
Een waardevermindering wordt zonder minteken ingevuld, een waardevermeerdering met een minteken. Bijvoorbeeld: is de waarde van de fictieve erfrechtelijke verkrijging van de twee kinderen van de langstlevende partner totaal € 150.000, dan wordt bij (Overige) schulden van nalatenschap ingevuld: -150000. De nalatenschap van de langstlevende wordt alsdan met € 150.000 verhoogd.

Wanneer bij het eerste overlijden een of meer (kleinkind)legaten in acht zijn genomen, is wellicht een correctie van de in acht genomen waarde noodzakelijk in de nalatenschap van de langstlevende omdat:

  • bij het eerste overlijden rekening is gehouden met de contante waarde van het legaat bij de legataris en een fictief vruchtgebruik bij de langstlevende;
  • in de periode tussen het eerste en het tweede overlijden oprenting van het niet-opeisbare legaat heeft plaatsgevonden, welke ten laste van de langstlevende komt.

4.14. Bedrijfsopvolgingsregeling bij het tweede overlijden
In deze popup kan per erfgenaam in de nalatenschap van de langstlevende partner worden aangegeven of rekening moet worden gehouden met een extra vrijstelling in de vorm van een vrijgesteld ondernemingsgedeelte. De hoogte van de in te voeren bedragen kunt u desgewenst baseren op de uitkomst van de berekening van Calculator 17. Bedrijfsopvolgingsregeling Successiewet

Vervolg voorbeeld
De (langstlevende) partner van de heer Test, mevrouw Test-Voorbeeld, bezit alle aandelen in Y BV. Y BV drijft een onderneming met een waarde going concern van € 200.000. Mevrouw Test-Voorbeeld overlijdt en haar erfgenamen Kind Test 1 en Kind Test 2 verkrijgen beiden 50% van de aandelen. De verkrijging van zowel Kind Test 1 als Kind Test 2 bevat dus € 100.000 aan ondernemingsvermogen. Omdat het gehele ondernemingsvermogen op grond van art. 35b lid 1 SW is vrijgesteld van de heffing van erfbelasting, dient dit in de popup Bedrijfsopvolgingsregeling als volgt te worden ingevoerd:

In de EPX-Cockpit wordt bij de berekening van de door Kind Test 1 en Kind Test 2 verschuldigde erfbelasting niet alleen rekening gehouden met de vrijstelling op grond van art. 32 lid 1 sub 4° onder c SW (in 2025: € 25.490), maar ook met een vrijgesteld ondernemingsgedeelte van € 100.000.

5. Testamentvarianten

In de EPX-Cockpit kunnen zeven verschillende varianten voor partners met (stief)kinderen worden doorgerekend: wettelijke verdeling, ongedaanmaking, (partiële) OBV, vruchtgebruik, ik-vader/moeder, combinatie legaten en tweetrap.

5.1. Wettelijke verdeling
De wettelijke verdeling houdt in dat door het overlijden van de eerststervende partner alle tot zijn nalatenschap behorende goederen en schulden van rechtswege toekomen aan zijn echtgenoot (of geregistreerd partner). Ieder kind verkrijgt als erfgenaam een onderbedelingsvordering op de langstlevende partner ter grootte van de waarde van zijn erfdeel. Onder erfdeel wordt in beginsel verstaan het erfdeel bij versterf. De grootte van de erfdelen kan in de popup Erfdelen bij 1ste overlijden worden gewijzigd. Zie onderdeel 4.3.

De wettelijke verdeling werkt alleen als de eerststervende partner ten minste een echtgenoot (of geregistreerd partner) en één of meer kinderen als erfgenamen achterlaat. Onder kinderen worden ook stiefkinderen begrepen, mits zij bij testament tot erfgenamen zijn benoemd (art. 4:27 BW). Plaatsvervulling kan tot gevolg hebben dat ook afstammelingen van kinderen en stiefkinderen in de verdeling worden betrokken.

In de EPX-Cockpit wordt ervan uitgegaan dat de onderbedelingsvorderingen van de kinderen uitsluitend opeisbaar zijn bij het overlijden van de langstlevende partner. Normaal gesproken zijn de vorderingen ook opeisbaar als de langstlevende failliet gaat of in de schuldsanering terecht komt (art. 4:13 lid 3 BW). Bij testament kunnen door de eerststervende partner bovendien nog andere opeisbaarheidsgronden worden vastgesteld.

Rente overbedelingsschuld
In de EPX-Cockpit worden de onderbedelingsvorderingen van de kinderen in beginsel gewaardeerd conform het bepaalde in art. 21 lid 15 SW: renteloos. Bij het tweede overlijden wordt in die situatie geen rekening gehouden met de ‘inflatiecorrectie’ die daarover ingevolge het bepaalde in art. 4:13 lid 4 BW ten laste van de langstlevende wordt berekend. De inflatiecorrectie is een enkelvoudig percentage dat gelijk is aan de in dat jaar geldende wettelijke rente verminderd met 6%. Hetzelfde geldt voor de corresponderende overbedelingsschuld van de langstlevende aan de kinderen. Bij het tweede overlijden wordt derhalve het nominale bedrag van de onderbedelingsvorderingen, te verminderen met de door de langstlevende voorgeschoten erfbelasting ten aanzien van die overbedelingsschulden, in aftrek gebracht. Wilt u in verband met de advisering bij de tweede nalatenschap (met een beroep op kennisgroepstandpunt KG:063:2023:32) wel rekening houden met een renteschuld, dan kunt u het veld Andere schulden van de nalatenschap gebruiken om de tweede nalatenschap te corrigeren.

De wettelijke bepaling omtrent de inflatiecorrectie is regelend recht: de eerststervende partner kan bij testament een ander percentage vaststellen. Na het openvallen van de nalatenschap van de eerststervende kan ook door de langstlevende partner en de kinderen tezamen een andere rente worden overeengekomen. Wordt deze renteafspraak gemaakt binnen de aangiftetermijn van acht maanden, dan wordt hiermee voor de erfbelasting rekening gehouden (art. 1 lid 3 SW). Wordt de rente na de aangiftetermijn voor de erfbelasting vastgesteld, dan is sprake van een belastbare schenking.

In de EPX-Cockpit kunnen de onderbedelingsvorderingen worden verhoogd met een enkelvoudige rente (géén vinkje) dan wel een samengestelde rente (vinkje). Een hogere rentevergoeding kan uit een oogpunt van besparing van erfbelasting aantrekkelijk zijn voor de kinderen, met name als zij ook erfgenamen zijn in de nalatenschap van de langstlevende partner. De renteschuld vermindert immers het saldo van de nalatenschap van de langstlevende, en daarmee ook de verschuldigde belasting. In art. 9 lid 2 SW is een regeling opgenomen die het voordeel van een hogere rentevergoeding beperkt: als de rente hoger is dan 6% samengesteld, is het meerdere bij het tweede overlijden belast met erfbelasting. In de EPX-Cockpit wordt met deze fictieve erfrechtelijke verkrijging rekening gehouden.

Bij de waardering van de onderbedelingsvorderingen die de kinderen op de langstlevende partner verkrijgen, speelt de hoogte van de rente een belangrijke rol. De waarde is lager dan de nominale waarde als de langstlevende geen rente hoeft te voldoen. Is de langstlevende wel rente verschuldigd, dan heeft hij het fictieve vruchtgebruik van de vorderingen als de rente lager is dan 6% samengesteld (BNB 1989/260). In de EPX-Cockpit wordt er namelijk van uitgegaan dat de rente wordt bijgeschreven bij de vorderingen en pas opeisbaar is bij het tweede overlijden. Als sprake is van een enkelvoudige rente, dan moet deze ter bepaling van de omvang van het fictieve vruchtgebruik worden herrekend naar een samengestelde rente. Naarmate de waarde van het fictieve vruchtgebruik van de langstlevende hoger is, zal de waarde van de vorderingen van de kinderen lager zijn.

5.2. Ongedaanmaking
De in onderdeel 5.1 besproken wettelijke verdeling kan door de langstlevende partner ongedaan worden gemaakt. Ongedaanmaking moet uiterlijk geschieden binnen drie maanden vanaf de dag waarop de nalatenschap van de eerstervende partner is opengevallen, door middel van een verklaring bij notariële akte, binnen die termijn gevolgd door inschrijving in het boedelregister (art. 4:18 BW).

Ongedaanmaking leidt ertoe dat de wettelijke verdeling met terugwerkende kracht tot het overlijden van de eerststervende partner vervalt. Een gedeelte ongedaanmaking van de wettelijke verdeling is helaas niet mogelijk: het is alles of niets. Het gevolg van ongedaanmaking is dat een onverdeeldheid ontstaat, waarin de langstlevende partner en de kinderen voor gelijke delen gerechtigd zijn. Dit is uiteraard anders als in de popup Erfdelen bij 1ste overlijden afwijkende erfdelen zijn ingevoerd. Zie onderdeel 4.3.

De langstlevende partner en de kinderen verkrijgen voor de heffing van erfbelasting een aandeel in de nalatenschap gelijk aan hun erfdeel, te waarderen naar de waarde in het economische verkeer (art. 21 lid 1 SW). Het ongedaan maken van de wettelijke verdeling wordt niet beschouwd als een verwerping of afstand van recht (art. 30 lid 1 SW) noch als een schenking (art. 1 lid 8 SW).

5.3. (Partiële) OBV
De ouderlijke boedelverdeling (OBV) is gebaseerd op art. 4:1167 e.v. BW (oud) en was tot 1 januari 2003 de in de praktijk meest voorkomende testamentvariant. Sindsdien is de in onderdeel 5.1 besproken wettelijke verdeling daarvoor in de plaats gekomen. Voor de estate planningspraktijk is een groot nadeel van de wettelijke verdeling dat al binnen drie maanden na het overlijden van de eerststervende partner moet worden beslist of de wettelijke verdeling ongedaan wordt gemaakt. In een ouderlijke boedelverdelingstestament kon een veel langere termijn worden opgenomen om de keuze tussen de OBV en een alternatieve regeling te maken. Bovendien kon in een ouderlijke boedelverdelingstestament voor een partiële verdeling gekozen worden, wat bij de wettelijke verdeling niet mogelijk is.

Bij de OBV deelt de eerststervende partner zijn gehele nalatenschap toe aan zijn echtgenoot (of geregistreerd partner). Ieder kind verkrijgt als erfgenaam een onderbedelingsvordering op de langstlevende partner ter grootte van de waarde van zijn erfdeel. Onder erfdeel wordt in beginsel verstaan het erfdeel bij versterf. De grootte van de erfdelen kan in de popup Erfdelen bij 1ste overlijden worden gewijzigd. Zie onderdeel 4.3.

In de EPX-Cockpit wordt uitgegaan van de ‘horizontale’ OBV. Dit betekent dat de ouderlijke verdeling alleen werkt als de eerststervende partner zijn echtgenoot (of geregistreerd partner) en al zijn kinderen als erfgenamen achterlaat. Onder kinderen worden uitdrukkelijk géén stiefkinderen begrepen. Plaatsvervulling kan tot gevolg hebben dat ook afstammelingen van kinderen in de verdeling worden betrokken.

In de EPX-Cockpit wordt ervan uitgegaan dat de onderbedelingsvorderingen van de kinderen uitsluitend opeisbaar zijn bij het overlijden van de langstlevende partner. Normaal gesproken zijn de vorderingen ook opeisbaar als de langstlevende failliet gaat of hertrouwt.

Rente overbedelingsschuld
Vaak is in een ouderlijke boedelverdelingstestament bepaald dat de langstlevende partner over de onderbedelingsvorderingen een rente moet vergoeden. Voor de heffing van erfbelasting wordt met deze rente rekening gehouden (art. 1 lid 3 SW). Dit geldt ook als in het testament is bepaald dat de langstlevende al dan niet tezamen met de kinderen mag afwijken van de testamentair bepaalde rente, mits de renteafspraak wordt gemaakt binnen de aangiftetermijn van acht maanden. Wordt de rente na de aangiftetermijn voor de erfbelasting vastgesteld, dan is sprake van een belastbare schenking.

In de EPX-Cockpit kunnen de onderbedelingsvorderingen worden verhoogd met een enkelvoudige rente (géén vinkje) dan wel een samengestelde rente (vinkje). Een hogere rentevergoeding kan uit een oogpunt van besparing van erfbelasting aantrekkelijk zijn voor de kinderen, met name als zij ook erfgenamen zijn in de nalatenschap van de langstlevende partner. De renteschuld vermindert immers het saldo van de nalatenschap van de langstlevende, en daarmee ook de verschuldigde belasting. In art. 9 lid 2 SW is een regeling opgenomen die het voordeel van een hogere rentevergoeding beperkt: als de rente hoger is dan 6% samengesteld, is het meerdere bij het tweede overlijden belast met erfbelasting. In de EPX-Cockpit wordt met deze fictieve erfrechtelijke verkrijging rekening gehouden.

Bij de waardering van de onderbedelingsvorderingen die de kinderen op de langstlevende partner verkrijgen, speelt de hoogte van de rente een belangrijke rol. De waarde is lager dan de nominale waarde als de langstlevende geen rente hoeft te voldoen. Is de langstlevende wel rente verschuldigd, dan heeft hij het fictieve vruchtgebruik van de vorderingen als de rente lager is dan 6% samengesteld (BNB 1989/260). In de EPX-Cockpit wordt er namelijk van uitgegaan dat de rente wordt bijgeschreven bij de vorderingen en pas opeisbaar is bij het tweede overlijden. Als sprake is van een enkelvoudige rente, dan moet deze ter bepaling van de omvang van het fictieve vruchtgebruik worden herrekend naar een samengestelde rente. Naarmate de waarde van het fictieve vruchtgebruik van de langstlevende hoger is, zal de waarde van de vorderingen van de kinderen lager zijn.

Vruchtgebruik onverdeelde goederen
In een ouderlijke boedelverdelingstestament is vaak een tenzij-clausule opgenomen. Die clausule maakt het voor de langstlevende partner en de kinderen tezamen, dan wel voor de langstlevende alleen, mogelijk de OBV slechts partieel uit te voeren. Door gebruik te maken van de tenzij-clausule ontstaat een onverdeeldheid tussen de langstlevende partner en de kinderen. In de EPX-Cockpit wordt er in dat geval van uitgegaan dat de tenzij-clausule is gecombineerd met een legaat van vruchtgebruik van de goederen die de langstlevende niet in volle eigendom wenst te verkrijgen. In de popup Vruchtgebruik onverdeelde goederen kunt u aangeven om welke goederen het gaat.

Turboverdeling
Als de eerststervende en langstlevende partner in gemeenschap van goederen waren gehuwd en de OBV partieel wordt uitgevoerd, kan de in onderdeel 4.7 besproken turboverdeling worden toegepast. Bij een turboverdeling worden de goederen waarvan de langstlevende het vruchtgebruik heeft verkregen toegedeeld aan de nalatenschap van de eerststervende en krijgt de langstlevende een vordering op de nalatenschap ter grootte van de helft van de waarde van de betreffende goederen. Voor de heffing van erfbelasting bij het eerste overlijden heeft de turboverdeling geen gevolgen, bij het tweede overlijden echter wel. De waardeaangroei van de blote eigendom tot volle eigendom blijft in deze situatie namelijk buiten de heffing van erfbelasting.

5.4. Vruchtgebruik
Bij een (klassiek) vruchtgebruiktestament krijgt de langstlevende partner het vruchtgebruik gelegateerd van de gehele nalatenschap van de eerststervende partner. De kinderen verkrijgen in dat geval de blote eigendom van de nalatenschap. Zowel het vruchtgebruik als de blote eigendom worden bij het overlijden van de eerststervende met erfbelasting belast. Het voordeel van het vruchtgebruiktestament is dat bij het overlijden van de langstlevende partner (de vruchtgebruiker) de waardeaangroei van de blote eigendom tot volle eigendom buiten de heffing van erfbelasting blijft. Van een verkrijging krachtens erfrecht is namelijk geen sprake en art. 10 SW is niet van toepassing.

In de praktijk wordt het erfdeel van de langstlevende partner vaak verkleind, bijvoorbeeld tot 1/100. Een dergelijk afwijkend erfdeel kan eenvoudig worden ingevoerd in de popup Erfdelen bij 1ste overlijden. Zie onderdeel 4.3.

In de EPX-Cockpit werkt deze testamentvariant alleen als de eerststervende partner ten minste een echtgenoot of (geregistreerd) partner en één of meer kinderen als erfgenamen achterlaat. Onder kinderen worden ook stiefkinderen begrepen, mits zij bij testament tot erfgenamen zijn benoemd. Plaatsvervulling kan tot gevolg hebben dat ook afstammelingen van kinderen en stiefkinderen erven.

Turboverdeling
Als de eerststervende en langstlevende partner in gemeenschap van goederen waren gehuwd, kan de in onderdeel 4.7 besproken turboverdeling worden toegepast. Bij een turboverdeling worden alle bezittingen en schulden van de huwelijksgemeenschap toegedeeld aan de nalatenschap van de eerststervende en krijgt de langstlevende een vordering op de nalatenschap ter grootte van zijn aandeel in de (ontbonden) gemeenschap. Vervolgens krijgt de langstlevende op grond van het testament het vruchtgebruik van de nalatenschap. Voor de heffing van erfbelasting bij het eerste overlijden heeft de turboverdeling geen gevolgen, bij het tweede overlijden echter wel. De waardeaangroei van de blote eigendom tot volle eigendom blijft ook in deze situatie namelijk buiten de heffing van erfbelasting.

Keuzelegaten volle eigendom
Het vruchtgebruiktestament kan gecombineerd worden met een keuzelegaat volle eigendom. Aan de langstlevende partner wordt dan het recht toegekend bepaalde goederen van de nalatenschap van de eerststervende partner over te nemen, al dan niet tegen inbreng van de waarde. In de popup Keuzelegaat volle eigendom kunt u aangeven om welke goederen het gaat. 

Als de langstlevende partner één of meer keuzelegaten tegen inbreng van de waarde uitoefent, kan de inbrengvordering van de nalatenschap in de EPX-Cockpit worden verhoogd met zowel een enkelvoudige rente (géén vinkje) als een samengestelde rente (vinkje). Een hogere rentevergoeding kan uit een oogpunt van besparing van erfbelasting aantrekkelijk zijn, met name als de kinderen ook erfgenamen zijn in de nalatenschap van de langstlevende partner. De renteschuld vermindert immers het saldo van de nalatenschap van de langstlevende, en daarmee ook de verschuldigde belasting. In art. 9 lid 2 SW is een regeling opgenomen die het voordeel van een hogere rentevergoeding beperkt: als de rente hoger is dan 6% samengesteld, is het meerdere bij het tweede overlijden belast met erfbelasting. In de EPX-Cockpit wordt met deze fictieve erfrechtelijke verkrijging rekening gehouden.

Bij de waardering van de inbrengvordering die de nalatenschap op de langstlevende partner verkrijgt, speelt de hoogte van de rente een belangrijke rol. De waarde is lager dan de nominale waarde als de langstlevende geen rente hoeft te voldoen. Is de langstlevende wel rente verschuldigd, dan heeft hij het fictieve vruchtgebruik van de vordering (ten aanzien van de kinderen) als de rente lager is dan 6% samengesteld (BNB 1989/260). In de EPX-Cockpit wordt er namelijk van uitgegaan dat de rente wordt bijgeschreven bij de vordering en pas opeisbaar is bij het tweede overlijden. Als sprake is van een enkelvoudige rente, dan moet deze ter bepaling van de omvang van het fictieve vruchtgebruik worden herrekend naar een samengestelde rente. Naarmate de waarde van het fictieve vruchtgebruik van de langstlevende hoger is, zal de waarde van de vordering (ten aanzien van de kinderen) bij het eerste overlijden lager zijn. Omdat er in de EPX-Cockpit van uit wordt gegaan dat de bijgeschreven rente pas opeisbaar is bij het overlijden van de langstlevende partner, wordt bij de berekening van de verschuldigde erfbelasting het op de vordering gevestigde vruchtgebruik genegeerd (BNB 1998/97).

5.5. Ik-vader/moeder
Een bijzondere variant van het vruchtgebruiktestament is het ik-vader/moeder-testament. De langstlevende partner krijgt bij deze variant het vruchtgebruik gelegateerd van een zodanig gedeelte van de nalatenschap van de eerststervende partner, dat de waarde van de belaste verkrijging door de langstlevende – rekening houdend met eventuele fictieve erfrechtelijke verkrijgingen en met eventuele imputaties op de vrijstelling – resulteert in een marginaal heffingspercentage dat gelijk is aan dat van de kinderen. Het gaat er bij dit testament dus vooral om een zo gunstig mogelijke verhouding te creëren tussen de omvang van het vruchtgebruik en de erfstelling voor wat de heffing van erfbelasting betreft.

In de EPX-Cockpit werkt deze testamentvariant alleen als de eerststervende partner ten minste een echtgenoot of (geregistreerd) partner en één of meer kinderen als erfgenamen achterlaat. Onder kinderen worden ook stiefkinderen begrepen, mits zij bij testament tot erfgenamen zijn benoemd. Plaatsvervulling kan tot gevolg hebben dat ook afstammelingen van kinderen en stiefkinderen erven.

Keuzelegaat volle eigendom
Het ik-vader/moeder-testament kan gecombineerd worden met een keuzelegaat volle eigendom. Aan de langstlevende partner wordt dan het recht toegekend bepaalde goederen van de nalatenschap van de eerststervende partner over te nemen tegen inbreng van de waarde. In de popup Keuzelegaat volle eigendom kunt u aangeven om welke goederen het gaat. De schulden van de nalatenschap blijven achter in de onverdeeldheid omdat een schuld niet kan worden gelegateerd.

In de EPX-Cockpit wordt ervan uitgegaan dat de inbrengvordering, die de nalatenschap als gevolg van het uitoefenen van een keuzelegaat op de langstlevende partner verkrijgt, pas opeisbaar zijn bij het tweede overlijden. Bovendien wordt over de inbrengvordering standaard een samengestelde rente van 6% vergoed, zodat de vordering voor de heffing van erfbelasting worden gewaardeerd op de nominale waarde (BNB 1989/260). De langstlevende mag namelijk niet het fictieve vruchtgebruik van de vordering hebben, omdat anders geen tariefoptimalisatie wordt bereikt. In de EPX-Cockpit wordt ervan uitgegaan dat de door de langstlevende verschuldigde rente eveneens pas opeisbaar is bij het tweede overlijden.

5.6. Combinatie legaten
Bij de testamentvariant Combinatie legaten wordt in de EPX-Cockpit in beginsel uitgegaan van een onverdeeldheid, waarin de langstlevende partner en de kinderen voor gelijke delen gerechtigd zijn. Dit is slechts anders als in de popup Erfdelen bij 1ste overlijden afwijkende erfdelen zijn ingevoerd. Zie onderdeel 4.3.

In de EPX-Cockpit werkt deze testamentvariant alleen als de eerststervende partner ten minste een echtgenoot of (geregistreerd) partner en één of meer kinderen als erfgenamen achterlaat. Onder kinderen worden ook stiefkinderen begrepen, mits zij bij testament tot erfgenamen zijn benoemd. Plaatsvervulling kan tot gevolg hebben dat ook afstammelingen van kinderen en stiefkinderen erven.

Kenmerk van het testament Combinatie legaten is dat daarin drie verschillende keuzelegaten van goederen zijn opgenomen, die door de langstlevende partner kunnen worden uitgeoefend: volle eigendom tegen inbreng, volle eigendom vrij van inbreng en vruchtgebruik vrij van inbreng. De schulden van de nalatenschap blijven achter in de onverdeeldheid omdat een schuld niet kan worden gelegateerd en een schuldeiser niet zonder diens medewerking met een andere schuldeiser kan worden geconfronteerd (art. 6:155 BW).

Keuzelegaat volle eigendom
Aan de langstlevende partner wordt het recht toegekend bepaalde goederen van de nalatenschap van de eerststervende partner over te nemen, al dan niet tegen inbreng van de waarde. In de popup Keuzelegaat volle eigendom / vruchtgebruik kunt u aangeven om welke goederen het gaat. 

Als de langstlevende partner één of meer keuzelegaten tegen inbreng van de waarde uitoefent, kan de inbrengvordering van de nalatenschap in de EPX-Cockpit worden verhoogd met zowel een enkelvoudige rente (géén vinkje) als een samengestelde rente (vinkje). Een hogere rentevergoeding kan uit een oogpunt van besparing van erfbelasting aantrekkelijk zijn, met name als de kinderen ook erfgenamen zijn in de nalatenschap van de langstlevende partner. De renteschuld vermindert immers het saldo van de nalatenschap van de langstlevende, en daarmee ook de verschuldigde belasting. In art. 9 lid 2 SW is een regeling opgenomen die het voordeel van een hogere rentevergoeding beperkt: als de rente hoger is dan 6% samengesteld, is het meerdere bij het tweede overlijden belast met erfbelasting. In de EPX-Cockpit wordt met deze fictieve erfrechtelijke verkrijging rekening gehouden.

Bij de waardering van de inbrengvordering die de nalatenschap op de langstlevende partner verkrijgen, speelt de hoogte van de rente een belangrijke rol. De waarde is lager dan de nominale waarde als de langstlevende geen rente hoeft te voldoen. Is de langstlevende wel rente verschuldigd, dan heeft hij het fictieve vruchtgebruik van de vordering (ten aanzien van de kinderen) als de rente lager is dan 6% samengesteld (BNB 1989/260). In de EPX-Cockpit wordt er namelijk van uitgegaan dat de rente wordt bijgeschreven bij de vordering en pas opeisbaar is bij het tweede overlijden. Als sprake is van een enkelvoudige rente, dan moet deze ter bepaling van de omvang van het fictieve vruchtgebruik worden herrekend naar een samengestelde rente. Naarmate de waarde van het fictieve vruchtgebruik van de langstlevende hoger is, zal de waarde van de vordering (ten aanzien van de kinderen) bij het eerste overlijden lager zijn.

Keuzelegaat vruchtgebruik
Wenst de langstlevende partner bepaalde goederen van de nalatenschap van de eerststervende partner niet over te nemen, dan kan hij ook voor het vruchtgebruik van die goederen kiezen. In de popup Keuzelegaat volle eigendom / vruchtgebruik kunt u aangeven om welke goederen het gaat. 

Turboverdeling
Als de eerststervende en langstlevende partner in gemeenschap van goederen waren gehuwd en de langstlevende van één of meer goederen het vruchtgebruik heeft gekozen, kan de in onderdeel 4.7 besproken turboverdeling worden toegepast. Bij een turboverdeling worden de goederen waarvan de langstlevende het vruchtgebruik heeft verkregen toegedeeld aan de nalatenschap van de eerststervende en krijgt de langstlevende een vordering op de nalatenschap ter grootte van de helft van de waarde van de betreffende goederen. Voor de heffing van erfbelasting bij het eerste overlijden heeft de turboverdeling geen gevolgen, bij het tweede overlijden echter wel. De waardeaangroei van de blote eigendom tot volle eigendom blijft in deze situatie namelijk buiten de heffing van erfbelasting.

5.7. Tweetrap
Bij een tweetrapstestament benoemt de eerststervende partner (de insteller) de langstlevende partner (de bezwaarde) tot erfgenaam onder ontbindende voorwaarde en de kinderen (de verwachters) tot erfgenamen onder opschortende voorwaarde. Onder kinderen worden ook stiefkinderen begrepen, mits zij bij testament tot erfgenamen zijn benoemd. Plaatsvervulling kan tot gevolg hebben dat ook afstammelingen van kinderen en stiefkinderen erven.

Het voordeel van een tweetrapstestament is dat bij het overlijden van de eerststervende partner de hoge vrijstelling van de langstlevende partner (in 2025: maximaal € 804.698) optimaal kan worden benut. Bovendien wordt voorkomen dat door de langstlevende erfbelasting moet worden voorgeschoten ten behoeve van de kinderen. Er ontstaat derhalve een liquiditeitsvoordeel voor de langstlevende bij het overlijden van de eerststervende. Bij het overlijden van de langstlevende erven de kinderen vervolgens zowel uit de nalatenschap van de eerststervende als uit de nalatenschap van de langstlevende. De voor de kinderen geldende vrijstelling (in 2025: € 25.490) kan hierbij wel tweemaal worden benut.

Verwachters
Bij een tweetrapstestament erven de kinderen dus pas uit de nalatenschap van de eerststervende partner als de langstlevende partner is overleden. In de EPX-Cockpit wordt hierbij in beginsel uitgegaan van gelijke erfdelen. De grootte van de erfdelen van de kinderen kan in de popup Verwachters echter worden gewijzigd. Let u er hierbij op dat het totaal van de erfdelen altijd 1/1 bedraagt.

Als de eerststervende partner naast zijn eigen kinderen ook stiefkinderen tot verwachters wenst aan te wijzen, dient u een vinkje te plaatsen achter de vraag Stiefkinderen verwachter.

Interen vermogen
In een tweetrapstestament dient onder meer een regeling te worden opgenomen voor het interen op het vermogen. Om de verschillende mogelijkheden te kunnen doorrekenen, kunt u in de EPX-Cockpit achter de vraag Interen vermogen aangeven of de langstlevende partner moet interen op het eigen vermogen, op het bezwaarde vermogen of naar evenredigheid op beide vermogens.
 

6. Output

In de EPX-Cockpit zijn zowel links als rechts van de middenkolom – waarin de namen van de verschillende testamentvormen zijn weergegeven – zes rijen met cijfers zichtbaar. Iedere rij bestaat weer uit de volgende vijf kolommen: Schenken, Erven, Schenken, Erven en Totaal. In de afbeelding hieronder is de rij behorende bij de variant Wettelijke verdeling weergegeven.

In de eerste kolom (Schenken) wordt het bedrag weergegeven dat in totaal aan schenkbelasting is verschuldigd, indien een schenkingsplan vóór het eerste overlijden is uitgevoerd. In de tweede kolom (Erven) staat het totaalbedrag aan erfbelasting bij het overlijden van de eerststervende partner. De derde kolom (Schenken) geeft het totaalbedrag aan schenkbelasting weer bij uitvoering van een schenkingsplan tussen het eerste en tweede overlijden. In de vierde kolom (Erven) staat de totaal verschuldigde erfbelasting bij het overlijden van de langstlevende partner. De vijfde kolom (Totaal) geeft tot slot het totaal van de vier eerste kolommen weer.

Als u wilt weten hoe de in de EPX-Cockpit getoonde bedragen tot stand zijn gekomen, klik dan met uw linkermuisknop op één van de velden met bedragen. Stel dat u op een grijs veld naast de variant Wettelijke verdeling klikt. Er wordt dan een popup geopend waarin u de output aantreft: een specificatie van de uitgangspunten bij de wettelijke verdeling en een overzicht van de gemaakte berekeningen. Deze output is in de popup te bekijken door naar beneden te scrollen. Als u de output liever in Word bekijkt, klik dan op de button Exporteren naar Word. Er wordt dan een Wordbestand gegenereerd, dat u vervolgens kunt bewerken, opslaan en/of afdrukken. U kunt het bestand ook gemakkelijk een geheel eigen ‘look and feel’ geven en, indien gewenst, aan uw cliënten overhandigen.
 

7. Helpdesk
Als u een vraag wilt stellen over het gebruik van EPX-Cockpit kunt u contact opnemen met de helpdesk van Estate Planning Expert: telefonisch via 026-3708699 (van 08:30 tot 17:00 uur) of per e-mail via info@estateplanningexpert.nl.

Terug


Naar boven

Wilt u beter adviseren over estate planning?
Meld u dan vandaag nog aan voor de meerdaagse opleiding Estate Planning Specialist

Uitgebreide Modellen Levenstestamenten
Completer dan ieder ander model, inclusief toelichting voor de levenstestateur

Kent u onze Estate Planning Tools al?
De meest geavanceerde reken- en datatoepassingen op de Nederlandse markt

Gebruiksvriendelijke Modellen Testamenten
Altijd up-to-date en inclusief een uitgebreide en heldere toelichting voor de testateur

Uniek in de markt: Aangifte Erfbelasting
Om op snelle, efficiënte en veilige wijze digitaal aangifte erfbelasting te kunnen doen

Twitter Linkedin